Kampen-Noord en het ondertekeningsformulier

 

Kampen Noord en het ondertekeningsformulier

Trouw aan het ondertekeningsformulier - uit zorg voor de gemeente van God.

De kerk is niet van ons. De gemeente is van Christus. Als de Opperherder knechten in dienst neemt uit zorg voor zijn kudde, stempelt dit hun taak.
Voorgangers in de kerk staan in dienst van de Heer van de kerk. Zij krijgen een bepaalde verantwoordelijkheid voor de gemeente. En zijn daarom voor die taak verantwoording schuldig aan de Here die hen riep en stuurde.
Wij spreken over 'ambtsdragers'. Je zou ze onderherders kunnen noemen, of herdershonden, om in het beeld van de kudde te blijven. Maar ook andere termen worden in de Schrift voor die dienst van predikanten, ouderlingen of ook diakenen wel gebruikt.
Eén ding moet voor hun dienst duidelijk zijn: het gaat er om dat de gemeente aan haar Heer verbonden wordt en blijft. Dat de gemeente de stem van de Goede Herder kent en leert volgen. Dan is ze veilig. Dan vindt ze 'leven en overvloed' (Joh 10:10).

Dat is de diepe achtergrond van de afspraken die wij in de Gereformeerde Kerken hebben gemaakt in art. 53 en 54 van onze kerkorde (blz. 602 van ons kerkboek).
Daar wordt bepaald dat de ambtsdragers in de kerk de belijdenis van de kerk zullen ondertekenen: de drie formulieren van eenheid, Heid.Cat., NGB en Dordtse Leerregels. Daarvoor moeten de ambtsdragers bij hun bevestiging in het ambt het zogeheten 'ondertekeningsformulier' ondertekenen. Met een schriftelijke handtekening bevestigen zij op deze manier zwart op wit hun belofte zich in alles te zullen houden aan het woord van de Here, waaraan die belijdenisgeschriften ons allen willen binden.
'Wij beloven dat wij ieder naar eigen ambt deze leer met toewijding zullen onderwijzen en trouw verdedigen en elke dwaling die daarmee in strijd is, zullen afwijzen'.


Maatregel als ondertekenaar afwijkt van Schrift of confessie

En wat dan, als zij 'ooit een bedenking tegen die leer van de Schrift of een afwijkende mening zouden krijgen'? Ambtsdragers zijn ook mensen die kunnen falen! Dan beloven zij met hun handtekening onder het formulier, dat zij die mening 'niet openlijk noch anderszins zullen uiteenzetten of verdedigen, maar dat zij hun gevoelen aan de kerkenraad voor onderzoek zullen voorleggen'.
Daarbij beloven zij ook dat zij 'bereid zullen zijn zich altijd gewillig aan het oordeel van de kerkenraad te onderwerpen'. Doen zij dat niet, dan 'zullen zij als gevolg daarvan terstond geschorst worden'.
De kerkenraad kan ook 'een gegronde reden hebben om een nadere verklaring te eisen van hun gevoelen omtrent enig deel van de leer'. Bijvoorbeeld als de raad vreest dat bij een ambtsdrager 'de bewaring van de eenheid en zuiverheid in de leer in geding is'.
Voor dat geval verplicht een ambtsdrager zich met het ondertekeningsformulier om die nadere verklaring te geven.
Komt hij die belofte niet na, dan zal hij eveneens geschorst worden.
Die schorsing gaat door ook als zo'n ambtsdrager daar tegen in appel gaat. Want, zo beloven ambtsdragers met het ondertekeningsformulier, 'gedurende de tijd van appel zullen wij ons gedragen naar de uitspraak van de kerkenraad'.

Ook dat is uit zorg voor de gemeente. De gemeente mag niet overgeleverd worden aan voorgangers bij wie de trouw aan het woord van de Here onder verdenking staat of in geding is.
Gelukkig de kerkenraad en de gemeente, gelukkig ook het kerkverband dat zo waakt over Gods kudde. En dat uit liefde voor de Here en uit zorg voor de gemeente niet terugschrikt voor dergelijke maatregelen zoals schorsing uit het ambt, hoe pijnlijk dat ook mag zijn.
Gezonde tucht in de kerk werkt beschermend en sanerend. Het gaat er in alles om dat de gemeente verbonden blijft aan haar Here en Heiland. Daar ligt haar behoud.


Het ondertekeningsformulier in de Ichthus in geding?

De voorgangers van de gemeente in Kampen-Noord die in het Ichthuscollege vergadert, wordt nog al eens verweten dat zij hun ondertekeningsformulier ontrouw zijn geworden.
Dat verwijt is door de classis Kampen gedaan. En dat verwijt wordt uitentreuren herhaald in de Eudokiagemeente en andere classiskerken alsook in den lande.
Het is ook weer herhaald bij besluiten van classis en Eudokiaraad met betrekking tot afzetting van een van de ambtsdragers uit zijn ambt, de predikant onder de kerkenraadsleden van de Ichthusgemeente.

Eigenlijk is het onvoorstelbaar dat in een gereformeerd kerkverband zo'n vlot beroep op het ondertekeningsformulier wordt gedaan, terwijl dit formulier in dit geval totaal niet van toepassing is.
Het is een van de zaken die wij als kerkenraad ook in ons bezwaarschrift tegen het afzettingsbesluit van de classis Kampen bij de Particuliere Synode naar voren brengen.
In dit bezwaarschrift tekent de kerkenraad bezwaar aan o.a. tegen het beroep dat de classis Kampen voor haar afzettingsbesluit op het ondertekeningsformulier doet.
Wij geven aan dat dit beroep onjuist is. Waarom?

In art. 31 van de kerkorde is bepaald: als in een appelzaak een meerdere vergadering een uitspraak doet, zal die uitspraak 'als bindend aanvaard worden, tenzij bewezen wordt dat zij in strijd is met het Woord van God of met de kerkorde'.
Anders gezegd: je hoeft je niet aan die uitspraak te houden als zij tegen Gods Woord of de kerkorde ingaat.
Nu geeft het ondertekeningsformulier een geval aan, dat een ambtsdrager wèl aan de uitspraak van een kerkenraad gebonden blijft ook al gaat hij daartegen in appel.
Dus als een kerkenraad een van zijn ambtsdragers vanwege bedenkingen tegen de leer van de Schrift schorst, dient hij dat te aanvaarden ook al zou hij van oordeel zijn dat de schorsing ten onrechte is en gaat hij in appel bij een meerdere vergadering.
Je zou kunnen zeggen: het ondertekeningsformulier maakt dus een uitzondering op art. 31 van de kerkorde. En als ambtsdrager beloof je met je ondertekening je aan die uitzondering te houden: tijdens het appel gedraag je je naar de gedane uitspraak.

De grote vraag is nu: is in de kwestie van Kampen-Noord die uitzondering van het ondertekeningsformulier aan de orde?


De waarheid spreekt voor zich

Ieder die een beetje op de hoogte is van de zaken waar het in Kampen-Noord om gaat, kan weten dat er hier geen sprake is van een bedenking van een ambtsdrager tegen de leer van de Schrift of van een mening die afwijkt van de belijdenis. Dat is volstrekt niet aan de orde. Dat is ook door niemand nog beweerd.
In de tweede plaats kan het voor iedereen duidelijk zijn dat het ondertekeningsformulier spreekt van een schorsing door de eigen kerkenraad.
Ook dat is hier niet van toepassing. De eigen, wettige, kerkenraad heeft hier geen schorsing toegepast. Dat is gebeurd door een heel andere raad waarvan de wettigheid juist in geding is in de hele kwestie. Een kwestie die in ons revisieverzoek aan de volgende generale synode wordt voorgelegd en waarover deze synode nog haar oordeel moet uitspreken.

Het is dus een valse beschuldiging, en het is de zoveelste in deze kwestie!, als de ambtsdragers van de gemeente van Kampen-Noord (Ichthus) beticht worden van ontrouw aan hun belofte die zij gegeven hebben met hun handtekening onder het ondertekeningsformulier.
Meer dan eens hebben wij ons daarover al verantwoord. In Verantwoordingen die wij aan de gemeente in Kampen-Noord schriftelijk deden toekomen. Ook in onze bezwaarschriften bij de meerdere vergaderingen. Zie deze stukken elders op deze website.
Wilden wij onze belofte, gedaan bij de bevestiging in het ambt, niet verloochenen, dan moesten wij juist de gemeente beschermen tegen de uitspraken van de meerdere vergaderingen die in strijd waren met Gods Woord en met de kerkorde. Als dan rigoureus hiërarchisch handelen van de classis breuken slaat in de gemeente van Kampen-Noord, dan is zíj daarvoor verantwoordelijk. Evenzeer als de meerdere vergaderingen die dit kwaad tot op heden goedkeurden.
Wij houden ons liever aan ons ondertekeningsformulier als ook aan art. 31 van de kerkorde.
Daar mag de gemeente zich veilig bij voelen: bij de gemaakte afspraken om elkaar aan het woord van de Here te zullen houden.
Ambtsdragers mogen dan, als zij hun roeping trouw willen vervullen, dat soms doen met trillende benen en een bevend hart, maar als zij de gemeente in de voetsporen van de grote Herder voorgaan, dan mogen zij het allemaal rustig aan Hem overgeven. Hij is de Here van de kerk.
Aan Hem is ieder verantwoording schuldig. Hij die ons beoordeelt is de Here (1 Kor 4:4).

E. Hoogendoorn